Welkom op mijn netvlies.

Translate

woensdag 27 oktober 2010

*Ben je assertief?

Je beste vriendin komt voor de zoveelste keer in jouw boekenkast winkelen. Ze pakt een boek dat je deze week eigenlijk zelf van plan bent te lezen en vraagt of ze deze mag lenen. Eigenlijk vind je dat leengedrag allang niet meer zo prettig. Het duurt telkens maanden voordat je een boek weer terug ziet en meestal zitten er dan ook van die lelijke ezelsoren aan. Toch geef je haar het boek mee, zodat je even later gekweld wordt door een gevoel van zelfmedelijden en spijt omdat je niet eerlijk hebt kunnen zeggen wat je wilde.


Je hebt bewust gekozen om plaats te nemen in het niet-roken-gedeelte van een restaurant en aan de tafel naast je steekt iemand een dikke sigaar op. Hoewel je dit niet prettig vindt, slik je de rook zonder wat te zeggen. Als het je erg hindert sta je mokkend op en vertrek je naar een andere plek. 
*Wees duidelijk in je bedoelingen!

Herken je de hierboven beschreven situaties en maak je zelf regelmatig vergelijkbare situaties mee, dan wordt het tijd dat je je assertiever leert opstellen. Assertief zijn houdt in dat iemand zijn eigen mening respecteert en opkomt voor zichzelf. Dat hij zijn eigen gevoelens onderkent en in de omgang met anderen eerlijk en direct is. Een assertieve houding helpt je om duidelijkheid te scheppen in tal van netelige situaties. Bovendien voorkomt assertief gedrag dikwijls het onnodig opkroppen van gevoelens. 
*Training

Voor veel mensen is het aanleren van een assertieve houding niet eenvoudig. Liever probeert men een confrontatie te vermijden. Door veel te oefenen is het mogelijk om nieuw gedrag aan te leren. Als je assertiever wilt worden kun je daarvoor een training volgen. Bij zo'n training wordt je geleerd hoe je op een andere manier kunt reageren tijdens situaties als bovenstaand. Je zou tegen je vriendin die het boek komt lenen kunnen zeggen: 'Ik wil dit boek deze week zelf lezen.' Je maakt het jezelf dan wel lastig om haar volgende week het boek opnieuw te weigeren. Je kunt ook zeggen: 'ik wil dit boek niet uitlenen want het is een van mijn favoriete boeken en ik zou het vervelend vinden als het beschadigt.' Als je echter helemaal geen boeken meer wilt uitlenen kun je dat nog beter duidelijk maken door te zeggen: 'ik houd mijn boeken in het vervolg liever voor eigen gebruik. Als je boeken wilt lenen, ga je maar naar de bibliotheek of je koopt ze zelf maar.' Je vriendin weet dan precies wat je bedoelt. Als je jezelf traint in assertief gedrag zal de omgang met anderen je gemakkelijker vallen en zal je bijvoorbeeld ook op je werk met meer respect worden behandeld.

*Assertiviteit in plaats van agressie


Veel mensen denken - volkomen ten onrechte - dat assertiviteit hetzelfde is als agressie. Assertiviteit heeft niets te maken met vijandigheid. Een assertief mens geeft duidelijk blijk van zijn bedoelingen. Een agressief mens is bedreigend voor zijn medemens. De assertieve mens is direct, maar absoluut niet bedreigend. Door zijn opstelling toont hij respect, zowel voor de ander als voor zichzelf.

*Non-verbale assertiviteit


Bij assertiviteit speelt lichaamstaal een belangrijke rol en daarom wordt tijdens een goede assertiviteitstraining ook veel aandacht besteed aan non-verbale aspecten. Het is niet genoeg om alleen te leren welke woorden je moet gebruiken om iemand de waarheid te zeggen. Hoe zou je jouw mening overtuigend kunnen overbrengen als je spreekt met zachte stem terwijl je je ogen neerslaat en je mond achter je hand verbergt? Voordat je met overtuiging kunt spreken dien je er allereerst voor te zorgen dat je jezelf ook assertief toont!

*Houding en gebaren


Als je op een assertieve manier wilt duidelijk maken wat je vindt, is het belangrijk dat je een overtuigende houding aanneemt. Staan is daarbij meestal beter dan zitten, tenzij je erg klein bent. Sta rechtop met je schouders naar achteren en je hoofd iets opgeheven. Verdeel je gewicht gelijkmatig over beide benen om onrustig heen en weer wiebelen te voorkomen. Als je je armen over elkaar vouwt of je handen op je heupen zet kan dit een arrogante of betweterige indruk maken. Beter is het om je woorden met passende gebaren te ondersteunen. Gebruik vooral korte stevige gebaren om je woorden kracht bij te zetten. Er zijn bijvoorbeeld gebaren met je vinger (priemen) met je hand (een hakbeweging) of met je vuist (gebald voor je borst) waarmee je de ander zeer overtuigend duidelijk kunt maken dat het je menens is. Met een gestrekte hand in de richting van de ander kun je aangeven dat je nog niet bent uitgesproken en niet in de reden gevallen wenst te worden. Let er wel op dat je ook niet te veel gebaren gebruikt omdat je daardoor een onrustige indruk geeft.

*Afstand en aanraking


Verklein de afstand tot de ander zodat je binnentreedt in zijn persoonlijke of zelfs intieme zone. Hiermee toon je aan dat je niet bang bent, ook al voel je dit zelf misschien anders. Als iemand achter een bureau of tafel zit is het goed om daarover naar voren te leunen om zo het territorium van de ander binnen te dringen. Als je de ander goed kent kan aanraking ook behulpzaam zijn om zijn weerstand te doorbreken. Licht aantikken van iemand zijn arm, schouder of borstkas is meestal voldoende. Een vreemde kun je beter niet aanraken omdat dat snel agressief overkomt.

*Oogcontact en mimiek


Als je een ander strak in zijn ogen kijkt, terwijl je hem je mening duidelijk maakt, kom je zeer resoluut over. Laat je ogen niet afdwalen en voorkom dat je veel knippert met je ogen. Dit lijkt eenvoudig maar het is goed om te beseffen dat we onder stress onwillekeurig juist met de verkeerde signalen reageren; we ontwijken de blik van de ander, vooral als hij boos reageert of druk uitoefent. De spanning van de situatie zorgt er ook voor dat onze oogleden steeds sneller gaan knipperen. Je kunt oefenen om hier meer controle op te krijgen, eerst voor de spiegel en daarna samen met een goede vriend of vriendin. Om assertief over te komen hoef je niet perse een boze gezichtsuitdrukking te laten zien. Tenslotte ben je niet boos op de ander; je wilt alleen duidelijk je mening te verstaan geven. Het is vaak zelfs goed om met een vriendelijke glimlach te vertellen wat je vindt. Glimlachen heeft een goed effect omdat je daarmee zelfverzekerdheid en stressbestendigheid toont. Dr. Cornelia Topf schrijft in haar boek "een succesvolle carriere door de juiste lichaamstaal": "Glimlachen is de elegantste manier om een tegenstander de tanden te laten zien". Glimlach echter wel op het goede moment: als je pas glimlacht wanneer de ander fronst als reactie op jouw woorden en daarmee je mening botweg aan de kant wuift, komt dit eerder over als een zenuwachtige instemming met deze onaangename reactie. Sommige mensen hebben moeite om zich krachtig te uiten. Ze vinden het pijnlijk om iemand tegen te spreken en proberen de situatie liever met een verlegen grijns te redden. Daardoor bewerken ze het tegengestelde: de ander vat het op als een vergoedelijkend glimlachje en daarmee wordt de stelligheid van hun woorden sterk afgezwakt.

*Laat je stem horen!


Behalve het woordgebruik is ook de wijze waarop je spreekt bepalend voor de manier waarop jouw mening over komt. Snel spreken duidt op gespannenheid of haast. Spreek daarom rustig en met krachtige stem. Als de ander jou wil onderbreken kun door je stemvolume te vergroten laten merken dat je nog niet bent uitgesproken.

Tien Assertieve Rechten
 


Assertief recht 1
Je hebt het recht om zelf te oordelen over je gedrag, gedachten en gevoelens. Voor de consequenties ervan ben alleen jij verantwoordelijk.
Assertief recht 2
Je hebt het recht om géén excuses of verklaring voor je gedrag te geven.
Assertief recht 3
Je hebt het recht om zelf te bepalen of je een oplossing moet zoeken voor andermans problemen.
Assertief recht 4
Je hebt het recht om van mening te veranderen.
Assertief recht 5
Je hebt het recht om fouten te maken, en er zelf verantwoordelijkheid voor te dragen.
Assertief recht 6
Je hebt het recht om te zeggen: 'Ik weet het niet'
Assertief recht 7
Het is niet nodig dat anderen je aardig vinden om met hen te kunnen omgaan of samenwerken.
Assertief recht 8
Je hebt het recht om onlogisch te zijn bij het nemen van beslissingen.
Assertief recht 9
Je hebt het recht om te zeggen: 'Ik begrijp het niet'
Assertief recht 10
Je hebt het recht om te zeggen: 'Het kan me niet schelen'

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten